Een zaak die op een maffia-epos lijkt

Liquidatieproces Justitie leunt bij bewijzen van criminele afrekeningen zwaar op één kroongetuige

In de ’bunker’ in Amsterdam begint vandaag een van de grootste processen uit de geschiedenis van de Nederlandse misdaad. Het vonnis wordt pas verwacht in maart 2010.

Tien mannen en één vrouw staan in de streng beveiligde ’bunker’ in Amsterdam terecht wegens betrokkenheid bij een of meerdere liquidaties. Het vermoedelijke brein achter enkele liquidaties, Dino S., is voortvluchtig.

Het proces, waarvoor ruim zestig zittingsdagen zijn uitgetrokken en dat op 18 maart 2010 tot een apotheose moet komen, is er een met alle elementen van een maffia-epos.

Tijdens het zogenoemde Passageproces worden onder meer geruchtmakende liquidaties behandeld als die van vastgoedhandelaar Kees Houtman, in november 2005, en die van cafébaas Thomas van der Bijl, een half jaar later. Het dossier omvat echter ook namen van slachtoffers die in de vergetelheid zijn geraakt, zoals die van de Joegoslaven Salim Hadziselimovic en Djordje Ilic. Beiden werden in april 1993 vermoord.

Politie en justitie hebben jaren achtereen onderzoek naar de in totaal negen liquidaties gedaan. Maar een werkelijke doorbraak in de brij van geweld, intimidatie, bedreigingen, chantage en leugens kwam er pas met de bekering van Giuseppe la Serpe, in het misdaadmilieu bekend als ’Vieze Peter’. Hij is in het proces voor de Amsterdamse rechtbank de kroongetuige, die naar eigen zeggen spijt kreeg van de vuile handen die hij maakte en die hierop, najaar 2006, besloot politie en justitie volop van dienst te zijn.

In ruil voor zijn verklaringen over criminele afrekeningen, de achtergronden ervan en de namen van de vermoede daders, heeft La Serpe een voor hem aantrekkelijke ’deal’ met het Openbaar Ministerie (OM) gesloten. Die komt erop neer dat de strafeis in zijn zaak zal worden gehalveerd, van zestien tot acht jaar, en dat hij bescherming krijgt. La Serpe wordt beschuldigd van betrokkenheid bij de moord op Kees Houtman en had daarnaast vergevorderde plannen om Thomas van der Bijl te liquideren. De laatste moord werd uiteindelijk door anderen gepleegd.

Het criminele verleden van de Rotterdammer Peter la Serpe (44) maakt hem, in zijn rol van kroongetuige, voor de verdediging van de elf verdachten ongeloofwaardig. Zo vindt advocaat Peter Plasman, raadsman van een van de hoofdverdachten, dat het OM zijn hand overspeelt met de inzet van deze spijtoptant. „Het gaat bij kroongetuigen om betrouwbaarheid en geloofwaardigheid”, zei Plasman tegen het persbureau ANP. „Deze kroongetuige is bijzonder omdat hij evident een heel groot belang heeft bij de deal met het OM. Hij heeft heel veel te verdienen gehad”.

Een zwakke plek in het verhaal van La Serpe is dat veel van zijn informatie ’van horen zeggen’ is en dat niet alle verklaringen, die hij tot dusver heeft afgelegd, stroken met de feiten. In het criminele milieu duiken ook telkens weer geruchten op, als zou hij zijn betrokkenheid bij de moord op Kees Houtman hebben verzonnen. Op die manier zou hij zijn kansen op een voor hem aantrekkelijke deal met justitie hebben vergroot.

De afgelopen weken deed La Serpe ook zelf van zich spreken. Hij belde De Telegraaf met de mededeling dat het OM zich niet zou houden aan de afspraken over zijn veiligheid. Om die reden overwoog de kroongetuige zich terug te trekken en de overeenkomst met justitie op te zeggen. Of deze kwestie is opgelost, zal blijken tijdens het proces.