Ex-werknemer en twee anderen wilden van ING 'vindersloon'
Eis werkstraf na afpersen KAMILLA LEUPEN
AMSTERDAM - Vijf mannen die in 2003 zouden hebben geprobeerd de ING-groep te chanteren, hoorden gisteren in Amsterdam werkstraffen en voorwaardelijke celstraffen eisen. De verdachten dreigden 'geheime interne documenten' naar buiten te brengen.
Het verzekeringsbedrijf van ING had flink wat financiële schade kunnen lijden als de papieren inderdaad in de openbaarheid waren gekomen, stelde aanklager M. van IJzendoorn gisteren. Hij noemde de poging 'een vileine en verwerpelijke daad'. "Afdreiging van dit kaliber is buitengewoon naar. Het maakt gebruik van de kwetsbaarheid van een bedrijf."
De mannen zouden een grote geldsom hebben gewild, 'vindersloon', noemden ze het.
Een van hen was een voormalige medewerker van het bedrijf, de 51-jarige P.B. Toen hij in 1998 de ING verliet, nam hij gevoelige informatie onder meer over verzekeringspolissen, mee naar huis. "Hij heeft alle mappen in zijn koffer gestopt, het was zijn vakkennis. Hij wilde er later nog eens naar kunnen kijken," stelde zijn advocaat. Volgens haar was B. in eerste instantie niet van plan er iets onoorbaars mee te doen. Pas in 2003 besloot hij uit wraak alsnog de stukken op een andere wijze te gebruiken.
Met twee anderen stelde hij een plan op, dat volgens justitie precies op papier staat. "Een handleiding over hoe om te gaan met de ING." Het contact met de bank bestond uit telefoontjes en faxen.
Uit de documenten zou ook naar voren komen dat bij het bedrijf intern sprake was van 'machtsspelletjes en rebellie'.
Verdachte R.P. (39) trad in het contact met de ING op als onderhandelaar. "Hij zag zichzelf als degene die het beste het woord kon voeren," aldus Van IJzendoorn. De man werd aangehouden juist toen hij met de ING aan het bellen was.
Een andere verdachte trad volgens justitie op als adviseur. Hij gaf bijvoorbeeld de raad de simkaart uit een mobiele telefoon te halen en 'hoog in te zetten', aldus IJzendoorn. Advocaat K. Canatan stelde echter dat van advisering absoluut geen sprake was. "Hij wordt ten onrechte door de anderen aangemerkt als jurist. Hij heeft juist geprobeerd ze te behoeden." Hij zou hebben gezegd: "Je mag wel wandelen, maar niet vallen."
Op een verdeelstaatje dat bij de verdachten werd aangetroffen, stond wie welk percentage van het geld zou krijgen, mocht de bank overgaan tot betaling.
De advocaten stelden gisteren dat de informatie waarover zo gewichtig wordt gedaan, op dat moment helemaal niet geheim meer was, maar al lang en breed in de vakliteratuur had gestaan. Bovendien menen zij dat er vrijspraak moet volgen, omdat het openbaar ministerie een fout heeft gemaakt: de ING-medewerker die justitie verzocht de mannen te vervolgen, zou daarvoor niet gemachtigd zijn geweest. Alleen een bestuurslid had dat hebben mogen doen.
Mocht het niet tot vrijspraak komen, dan willen de advocaten een lagere straf voor hun cliënten. De verdachten zaten in 2003 al enige dagen in voorarrest, en dat heeft zijn sporen nagelaten, aldus de raadslieden. Bovendien hebben ze wel heel lang moeten wachten op hun zitting.
De uitspraak is op 12 april.