George van Dijk weet zeker dat hij vermoord gaat worden

AMSTERDAM - George van Dijk (44) bracht 21 jaar van zijn leven door in de gevangenis. Vrij man is hij nog steeds niet, want de beruchte crimineel weet zeker dat hij vermoord zal worden, beschrijft hij in Leven achter de tralies.

‘Ik betwijfel of ik mijn volgende verjaardag haal, in april 2009.’ De beruchte crimineel George van Dijk overleefde drie pogingen tot moord, zegt hij, maar binnenkort krijgen ze hem te pakken. Wie hem wil liquideren, onthult hij in het boek Leven achter de tralies, dat vorige week is verschenen.

Het is opzienbarend: een zware crimineel schrijft een boek waarin nog levende misdadigers een rol spelen. Van Dijk heeft dat niet zomaar gedaan, vertelt hij. ‘Ik noem namen van mensen, omdat ze hebben geprobeerd mij te laten dood schieten. Ik heb het recht mezelf te verdedigen. Door mijn boek zal het publiek weten wie erachter zit als ik dood ben. Daarom zou het dom zijn als ze me toch vermoorden. Toch houd ik daar wel rekening mee, want ik schat ze niet allemaal even slim in.’

Van Dijk (44) bracht 21 jaar van zijn leven door in de gevangenis. Afpersing, geweldpleging en het incasseren van ‘schulden’ waren de specialiteiten van de voormalige bodybuilder en kickbokser uit Hilversum, die opgroeide in een gevreesde familie. Al tijdens zijn jeugd leerde hij afperser Geurt R. kennen. Hij werkte onder anderen voor hem en voor drugsbaron Greg R. (geen familie van elkaar).

‘Ik ben doorgedrongen tot de top van de onderwereld’, stelt Van Dijk. Hij was bevriend met de in 2005 vermoorde Johnny Mieremet en met Gregs zoon Jesse R., de hoofdverdachte in het liquidatieproces dat begin 2009 zal beginnen. ‘Ik zeg niets over ze, want ik ben geen verrader’.

De radio hard
‘Mijn boek zal voor iedere opkomende crimineel een duidelijk voorbeeld zijn dat misdaad niet loont. Net als je denkt dat je er bent, vind je de weg nooit meer terug.’

Met deze woorden eindigt zijn boek, waarin de ene na de andere misdaad de revue passeert. Hij vertelt vrijuit over het leven achter de tralies, waar drugs eenvoudig verkrijgbaar zijn en ruzies met grof geweld worden opgelost. ‘Je loopt een cel binnen, zet de radio hard aan en begint te slaan. Niemand merkt er dan iets van’.

Op het boek is hij trots maar op zijn misdaden niet. Hij zegt het vooral te betreuren dat hij in 1992 zijn vriendin Petra Landman met 28 messteken om het leven heeft gebracht. Hij raakte buiten zinnen van woede, toen hij haar min of meer betrapte met een ander en ze hem met een schaar in zijn kogelwerende vest stak.

Nadat hij in 2002 zijn straf hiervoor had uitgezeten, probeerde Van Dijk naar eigen zeggen zijn leven te beteren. Hij was in de gevangenis getrouwd en wilde rustiger leven met zijn gezin.

Waarom dat niet is gelukt, wil hij in het boek uitleggen aan zijn drie kinderen. ‘Ze zijn nu nog te jong, de jongste is 6, de oudste 12. Maar ik wil dat ze later weten waarom ik zo gestresst was. Daardoor ben ik niet de vader geweest die ik had kunnen en willen zijn.’

De stress ontstond begin 2005, toen de politie hem kwam waarschuwen dat criminelen hem wilden vermoorden, zo beschrijft hij.

‘De agent vertelde dat ik op een dodenlijst stond van de Amsterdamse onderwereld. Ik reageerde met een geintje door te vragen of ik boven- of onderaan de lijst stond. Als ik onderaan de lijst stond, had ik namelijk nog wel even de tijd.’

De dreiging was zeer groot, kreeg Van Dijk te horen. Rechercheurs vroegen hem wie er reden zou hebben hem te vermoorden. De derde naam die hij noemde was volgens de politie juist: Fred R. (zijn volledige naam wordt in het boek genoemd).

Tapeverklaring
Van Dijk en Fred R. werkten in het verleden allebei voor drugsbaron Greg R. De Hilversummer zag met lede ogen hoe de ander uitgroeide tot vertrouweling van hun werkgever. Het ging mis toen Van Dijk bepaalde opdrachten van Fred R. niet uitvoerde: hij was niet bereid een drugsbaron te doden en weigerde de cel in te gaan voor een wapenvondst waarmee hij niets te maken had. ‘Ik deed het niet, dus ik moest dood. Ik wist te veel. Macht en rancune waren het motief van Fred.’

De politie had betrouwbare informatie uit het criminele circuit dat Fred R. huurmoordenaars aan het regelen was, kreeg Van Dijk te horen. Uiteindelijk besloot hij daarom thuis op tape een verklaring af te leggen tegen R.

‘Deze vertrouwelijke verklaring zou dienen als een soort testament. Als ik zou worden vermoord, hadden ze meteen het bewijs klaarliggen uit welke hoek het kwam. Ik spaarde Fred R. niet; ik wist dat hij me dood wilde.’

Tot zijn schrik en woede maakte de politie proces-verbaal op van de vertrouwelijke tapeverklaring. Het document werd – al dan niet bewust – aan het dossier van R. toegevoegd. De beruchte crimineel, die in voorlopige hechtenis zit op verdenking van betrokkenheid bij meerdere moorden, wist sindsdien precies wat Van Dijk over hem had gezegd.

‘Nu leefde ik met de wetenschap elk moment te kunnen worden geliquideerd. Dat legde een immense druk op mij en mijn gezin. Paranoia sloeg toe. Op het laatst zag ik in iedereen een huurmoordenaar.’

In de loop van 2005 zag Van Dijk twee verdachte mannen op zich af rennen toen hij in Utrecht bij een pinautomaat stond. Hij sprong in zijn auto, reed met hoge snelheid weg en schudde zijn belagers af.

Hij bewapende zich met een automatisch pistool en ging alleen nog naar buiten met een kogel- en granaatwerend vest.

‘Ik opende de jacht op Fred R. en zijn vrienden. Ik was ervan overtuigd dat ik hem eerder zou vermoorden dan hij mij, ook al wist ik dat ik mijn vrouw en kinderen dan alleen nog maar in de gevangenis zou zien. Maar alles beter dan weten dat ze elke dag voor mijn graf zouden wegkwijnen.’

Gewapend observeerde Van Dijk cafés en huizen waar R. vaker was. ‘Fred had het beest weer in me losgemaakt. Een kant van mezelf, waaraan ik een hekel had gekregen en die ik achter me dacht te hebben gelaten.’

Hij kon niet anders, vond hij. Politie en justitie deden te weinig om hem te beschermen. Bewijzen kan hij het niet, maar hij is ervan overtuigd dat het Openbaar Ministerie hoopte dat hij werd vermoord. ‘Ik was een lastpost, een crimineel die ze liever kwijt dan rijk waren.’

Een miljoen euro
Uiteindelijk werd de spanning Van Dijk bijna te veel. Op een avond raakte hij onder invloed van cocaïne zo opgefokt dat hij ten onrechte dacht dat een moordenaar hem achternazat. Hij kwam bijna om het leven na het springen door ramen en een val van een dak.

De andere pogingen tot moord heeft hij zich niet ingebeeld, zo benadrukt hij. De informatie dat hij zou worden geliquideerd is afkomstig van Peter la S., een huurmoordenaar die een deal heeft gesloten met het Openbaar Ministerie in ruil voor strafvermindering. Door de verklaringen van deze kroongetuige zitten talloze verdachten vast.

La S. vertelde de politie dat Fred R. Van Dijk wilde laten vermoorden. De kroongetuige moest de opdracht geven aan de Albanees ‘Pata’. Sommige andere mensen die volgens La S. zouden worden vermoord, zijn daadwerkelijk doodgeschoten: Türkiyemsporvoorzitter Nedim Imac (2007) en crimineel August Adjoeba (2008).

Ook Van Dijk kreeg van justitie het aanbod kroongetuige te worden. Hij kon naar eigen zeggen ‘een miljoen euro krijgen en een andere identiteit voor mezelf en mijn vrouw en kinderen’. Het kwam er niet van.

Van Dijk wilde het zijn gezin niet aandoen alles achter te laten en opnieuw te beginnen. Hij was ook niet bereid vragen te beantwoorden over Willem Holleeder, Greg R. en anderen. ‘Ik ben nooit informant geweest en zal het nooit worden.’

‘Mijn dood is alleen uitgesteld, omdat mijn moordenaars momenteel te veel onder de loep van justitie liggen. Mijn moordenaars lopen al lang rond; ze wachten hun kans af en dan is het over.’

Sinds het boek is verschenen, is zijn leven er niet makkelijker op geworden. ‘Veel mensen nemen me dingen kwalijk die ik heb opgeschreven. Het lijkt wel of ze denken dat ik getuige ben in dat grote liquidatieproces. Maar ik heb alleen over Fred R. gesproken.’

‘Er is een nieuwe dreiging dat ik zal worden vermoord. Ik zal alles doen om mijn gezin te beschermen, maar mijn nachtmerrie is dat ik dood word geschoten, terwijl mijn kinderen erbij zijn.’

Mocht Van Dijk worden geliquideerd, dan zal wraak worden genomen op de moordenaars, kondigt hij in zijn boek aan: ‘Hun bloed kan ook vloeien, dat zullen ze merken. Na mijn dood zullen we zien of ik blufte of niet.’

Fred R. ontkent dat hij opdracht heeft gegeven voor de moord op George van Dijk. Volgens zijn advocaat Peter Plasman is er ook onvoldoende bewijs. ‘Het enige belastende tegen Fred R. is de verklaring van kroongetuige Peter la S. Die zegt dat mijn cliënt Van Dijk wilde laten doden door de Albanees Pata. La S. moest bemiddelen. Pata zegt dat hij inderdaad is gevraagd maar hij heeft nooit R. als opdrachtgever genoemd.’

Plasman noemt het wel begrijpelijk dat Van Dijk denkt dat R. erachter zit. ‘Het kan zijn dat hij dit oprecht denkt, op grond van wat de politie hem heeft verteld. Maar dat wil niet zeggen dat wat La S. heeft gezegd, ook waar is.’

George van Dijk: Leven achter de tralies; wheelen en dealen in de gevangenis Uitgeverij Elmar BV, 192 pagina’s, 16,50 euro, ISBN 978 90 389 1883 9