Joos moest worden teruggepakt

AMSTERDAM - Een van de medewerkers van de Dirk van den Broek op het Marie Heinekenplein heeft voordat Anja Joos op 6 oktober 2003 op het Gerard Douplein werd doodgeschopt, gezegd dat hij haar wilde terugpakken. De vrouw had hem namelijk enkele maanden eerder uitgescholden voor 'kut-Marokkaan' en 'kutbuitenlander'. Dit heeft een getuige vanmorgen voor de rechtbank verklaard.

Joos had in de zomer van 2003 lopen schelden toen personeel van de supermarkt een winkeldief aanhield. Dit bleek vanochtend bij het begin van het proces tegen acht jongens die Joos zouden hebben doodgeschopt.

Joos blijkt in de Dirk van den Broek op het Marie Heinekenplein nog nooit te zijn aangehouden voor winkeldiefstal. Ze had daar ook geen winkelverbod.

Vanmorgen werd in de rechtszaal een bandje afgedraaid met een gesprek tussen medewerker Joshua D. en de bedrijfsleiding, kort na het incident. Daarop verklaarde Joshua D. dat hij dacht dat Joos een winkelverbod had en dat ze in de slijterij iets had gestolen. Hij zag haar in de passage en riep om dat 'die vrouw van van de zomer er weer was'.

Joshua D. dacht dat ze iets had gestolen omdat ze hem zenuwachtig had aangekeken.

Vanmorgen werd ook een deskundige van het Nederlands Forensisch Instituut gehoord. Zij deed onderzoek naar textielvezels op de jas van Joos die op de broek van twee van de verdachten bleken te zitten. Maar uit het onderzoek werd niet duidelijk hoe die daar terecht waren gekomen.

Eén van de acht verdachten was vanochtend niet verschenen. Omdat de rechtbank toch wilde dat hij zou komen, ging de politie naar hem op zoek om hem alsnog de rechtszaal in te krijgen.

De verdachten werden aan de tand gevoeld door de voormalige kinderrechter Nico Schimmel. ''Als ik al jullie verklaringen letterlijk moet nemen, dan hebben jullie als groep in de Eerste Van der Helststraat gestaan en stond Anja Joos in haar eentje op het Gerard Douplein. De indruk wordt gewekt dat Joos bijna in haar eentje is doodgegaan.''